Spiervezels variëren in grootte

Invoering

introductie Als je naar de spiergroepen kijkt, zul je zien dat de spieren zijn gebundeld door dezelfde spiervezels als een kabel. Deze kabels worden gecombineerd in een dikkere en langere kabelgroep en wanneer de spieren worden belast, krimpen ze als een veer. Binnen de dikste kabels bevinden zich spiervezels, zenuwen, bloedvaten en bindweefsel. Elke spiervezel is samengesteld uit kleinere myofibrillen. Elk van de myofibrillen bestaat uit twee filamenteuze eiwitten (myosine en actine) die met elkaar verward zijn. Dit is de meest basale eenheid van spieren.

Pathogeen

Oorzaak van de ziekte

1. Genetische factoren.

2. Progressieve spierdystrofie.

3. Spiergerelateerde zenuwbeschadiging.

4, spiervezelatrofie, hypertrofie, deling, spiercentrumverschuiving. Spiervezelafbraak, necrose, regeneratie of gepaard met fagocytose.

5, spiervezelstructuurveranderingen en abnormale stoffen, zoals mitochondriën, glycogeen, vet, buisaggregatie, staafachtig lichaam.

6. Sommige enzymactiviteiten in spiervezels veranderen. Interstitiële bindweefselhyperplasie, vetinfiltratie, vaatveranderingen en infiltratie van ontstekingscellen.

Onderzoeken

inspectie

Gerelateerde inspectie

EMG spinale activiteit

1. Bij het observeren van de symptomen van de patiënt kan worden vastgesteld dat de patiënt verschillende graden heeft, spieratrofie in verschillende delen en dat de spiercontractie zwak is.

2. Bij het uitvoeren van een biopsie kan worden vastgesteld dat de spiervezelgrootte van de spier het belangrijkste diagnostische criterium voor deze ziekte is.

Diagnose

Differentiële diagnose

Symptomen van spiervezelgrootte moeten als volgt worden geïdentificeerd.

Ten eerste, lumbale spierfibritis

1. Lokale pijn, koude rillingen, gevoelloosheid, spierspasmen en bewegingsstoornissen.

2, pijn treedt vaak op in de ochtend, activiteit, warmtevermindering of verdwijnen.

3, er zijn duidelijke beperkingen van tederheid.

4. Pijn verdwenen na injectie met procaine.

5. Hulpinspectie: er is geen afwijking in röntgenonderzoek. Laboratoriumtests voor sedimentatiesnelheid van "O" of erytrocyten zijn normaal of iets hoger.

Ten tweede zorgt trauma ervoor dat spiervezels ongelijk zijn

1. Heb een geschiedenis van trauma.

2, spiercontractie zwakte, asymmetrie atrofie.

3, bij het uitvoeren van een ziekenhuisbiopsie, kunt u vinden dat het fenomeen van ongelijkheden in spiervezels kan worden gediagnosticeerd.

4. Bij het observeren van de symptomen van de patiënt kan worden vastgesteld dat de patiënt verschillende graden heeft, spieratrofie in verschillende delen en dat de spiercontractie zwak is.

5. Bij het uitvoeren van een biopsie kan worden vastgesteld dat de spiervezelgrootte van de spier de belangrijkste diagnostische criteria voor deze ziekte is.

heeft dit artikel jou geholpen?

Het materiaal op deze site is bedoeld voor algemeen informatief gebruik en is niet bedoeld als medisch advies, waarschijnlijke diagnose of aanbevolen behandelingen.